De Hollandse taferelen van Hans Aarsman lijken geënsceneerde decors. Het zijn desolate landschappen met een handjevol figuranten, of een duidelijke verwijzing naar die figuranten. Maar figuranten zijn het niet. Het zijn scènes met mensen zoals hij ze aantrof eind jaren ’80.
Aarsman reisde het land door met een kampeerbus en een grote technische camera. Tijdens deze reis schreef hij in zijn column in Trouw korte beschouwingen over al wat hij tegenkwam onderweg. En dat was groots in alledaagsheid. Maar wel een licht bevreemdende alledaagsheid.
Hollandse overstroming
Neem nu bijvoorbeeld bovenstaande overstroming. Een Hollands fenomeen, ons bijna vertrouwd aandoend. Iemand heeft een aftands hekje neergezet dat moet communiceren dat de weg onbegaanbaar is. Maar daar heeft niemand een boodschap aan. Een man met een takelwagen doet dienst als mobiele oversteek, een handjevol mensen maakt daar dankbaar gebruik van. Linksonder banjert een fotograaf het beeld in. De omgewoelde grond in het water verraadt dat hij pas zojuist stil is gaan staan, hij heeft de juiste hoek gevonden. Aan de andere kant van de weg wachten dorpelingen het wagentje op. Een gebeurtenis van formaat in dit soort gehuchten.
Het standpunt van Aarsman is relatief hoog. Rechtsonderin de foto zie je hoe dat komt; hij staat bovenop zijn kampeerbus. De antenne piept nog net de foto in. Door dit standpunt voel je je een observeerder, geen deelnemer. Je krijgt immers zelf geen natte voeten.
Een fletse optocht
Op de volgende foto weer dat Hollandse beeld, flets gekleurd. Een landschap zoals je dat op maquettes ziet, aangeharkt. Dat komt tot uiting in de symmetrie, en herhaling van de elementen. Aan beide zijden van het bruggetje een lantaarnpaal, een straatnaambordje. We zien diverse bomenrijen, exact op dezelfde afstand van elkaar geplant. Geen zuchtje wind; het water is rimpelloos. Alles toont gelaten. Behalve die maffe optocht, die detoneert. Op het eerste gezicht lijkt het een dweilorkest, maar niemand houdt een instrument vast. Ze zijn verkleed, en dat is het wel zo’n beetje. Het is duidelijk geen publiekstrekker. Drie dames op leeftijd kijken genoeglijk toe. En een klein meisje, achteraan de stoet. Ze hoort er niet bij want ze is niet verkleed. Wil ze er langs? Ze lijkt te wachten. Wachten op die idioot verklede mensen die het bruggetje blokkeren.
Toch geen zijwaartse tewaterlating…
Fotografie hangt van toevalligheden aan elkaar. Voor bovenstaande foto bezocht Aarsman in 1988 een scheepswerf in het Groningse Waterhuizen. Daar zou de coaster Majestic van stapel lopen. Zijwaarts, veronderstelde Aarsman, zoals gebruikelijk is bij veel Nederlandse werven. Hij klom op één van de hangars voor een goed zicht. Pas toen bleek dat het schip achterwaarts het water in zou glijden. En dat is geenszins spectaculair. Weg foto-moment.
Totdat hij de mannen op het voorsteven in de gaten kreeg. Zittend als drie kleine kleutertjes op de voorsteven van het schip met op de achtergrond weer dat middelmatige Hollandse landschap. Aarsman heeft de mist mee: we zien de coaster en mannen vol kleur afgebeeld, maar alles daarachter wordt waziger door de mist. Het trekt je aandacht op de juiste manier naar de mannen toe. En naar de volstrekt vreemde verhoudingen in de foto: de grootheidswaanzin van dat schip in dat kleinzielige landschap. Zonder die drie mannen was die rare verhouding niet zo evident geweest.
Soms moet je op een hangar klimment met een doel, om met iets volstrekt anders weer naar beneden te gaan… Zolang je maar wel die hangar op klimt.