Dierentuinen grossieren in illusies. Nauwgezet wordt de vermeende leefomgeving van een exotisch dier nagebootst maar wel met een hek erom heen. Daar staat het dier dan zo’n beetje, dag in dag uit. Zíj zijn er om bekeken te worden, niet wij. Maar dat is niet wat Gary Winogrand in zijn boek The Animals ons laat zien.
De dierenverzorgingsstaat
De dieren die we zien in de dierentuin van Winogrand, zijn omhulsels van het origineel. Ze zijn werkloos, ontdaan van hun levensdoel en overlevingsdrang. Ze ontvangen voedsel, onderdak en een partner om mee te paren; de verzorgingsstaat in optima forma. Hun leven bestaat uit het bedelen om pinda’s en het observeren van mensen die hen weer observeren. Maar aan welke kant van de omheining staat nu eigenlijk de gek…?
NB: Kíjk naar de volgende foto’s. Scroll niet gedachteloos verder maar kíjk: welke vormen zie je, waar wordt je oog naartoe geleid, waar staat de fotograaf, vanaf welke hoogte is er gefotografeerd, wat vertelt deze foto…
Schots en scheef
Deze foto’s zijn uit de losse pols geschoten, zo lijkt het. De kadrering is schots en scheef. Dat was vloeken in de kerk, in de jaren ’50 van de vorige eeuw. Gebouwen en bijvoorbeeld de kozijnen van onderstaande ruit moesten recht worden weergegeven, zo was de heersende opinie. Winogrand had daar lak aan en fotografeerde speels; hij kantelde met gemak zijn camera 45 graden als hij daarmee bepaalde elementen dichterbij elkaar kon brengen (Iets wat je overigens nu nog steeds niet ‘mag’ doen als je deelneemt aan één van de vele fotoclubs die ons land rijk is).
Daarmee was hij één van de voorvaderen van de hedendaagse straatfotografie.
Wie kijkt er naar wie?
Waarom bezoeken we eigenlijk een dierentuin, wat hopen we daar te vinden? Natuurlijk; vertier en een beetje educatie. Of zien we stiekem ook onszelf weerspiegeld in de zeeleeuw achter glas? Wij krijgen ook netjes driemaal daags ons maal voorgeschoven. En onze werkelijke vrijheden zijn – afhankelijk van de leeftijd – vaak nog maar op één hand te tellen. Je dag is een opeenvolging van bevelen. Niet van een dierentuinverzorger, wel van een baas of partner. Of van je kind, als je niet kunt opvoeden.
We zijn overgeleverd aan de nukken van leven in een moderne maatschappij. Misschien vinden we derhalve wel een dieper soort voldoening in de dierentuin; één waarin de machtige leeuw en de breedgeschouderde gorilla óók zijn gereduceerd tot een tam en lamgeslagen dier dat net zo’n moeite heeft om er iets van te maken, in die vreemde, gecontroleerde mini-maatschappij. Gedeelde smart is halve smart.
Kortom, wij zíjn die dieren. En dat is letterlijk te zien in onderstaande foto’s. Wij spiegelen het dier, of andersom. Wie is nu wie?
5 miljoen foto’s in één leven
Gary Winogrand is een Amerikaanse straatfotograaf die halverwege vorige eeuw permanent op straat te vinden was. Hij liet in totaal 5 miljoen negatieven na. 5 miljoen, in een tijd zónder digitale camera’s en smartphones. Een snel rekensommetje leert dat hij gemiddeld 12 rolletjes per dag schoot. De camera was zijn zesde ledemaat. In die miljoenen foto’s was hij niet op zoek naar de waarheid, verre van. Dat wat hij fotografeerde en de foto zelf zag hij als twee volstrekt losstaande zaken.
“I photograph to see what the world looks like in photographs. Photography is about finding out what can happen in the frame. When you put four edges around some facts, you change those facts”
~ Gary Winogrand
The Animals
Wil je alle foto’s uit het boek zien, in de volgorde zoals Winogrand ze heeft bedoeld? Het hele boek The Animals wordt voor je doorgebladerd in onderstaand filmpje.
Meer over Winogrand
Eerder schreef ik al eens over de achtergrond van onderstaande foto, die Winogrand vreemd genoeg niet had opgenomen in zijn dierentuinserie, maar welke inmiddels wel iconisch is geworden.