Ik stel mezelf bij iedere expositie de vraag: welke foto wil ik meenemen en ophangen? Soms geen één, maar bij Harry Gruyaert waren het er drie. En ik zag een patroon in mijn eigen voorkeuren. Want vaak ‘val’ ik op dezelfde beelden. Hoe komt dat?
Nederland puilt uit van de fotomusea. Daarom duurde het zo lang voordat ik eindelijk eens bij onze zuiderburen ging kijken. Want in Antwerpen is óók een fotomuseum. En best een mooie. Ik vond er een expositie van Harry Gruyaert, een Belgische fotograaf die is aangesloten bij het Magnum-collectief.
Bewerkte foto’s (maar niet met Photoshop)
De expositie startte met een serie sterk bewerkte beelden. De jongere museumbezoeker zou Gruyaert photoshop-bewerkingen toedichten. Maar nadere beschouwing laat een wel erg grofkorrelig beeld zien. Dat bewerken gebeurde dus in de donkere kamer. Daar kon je ook gewoon met kleuren spelen – al heb ik eerlijk gezegd geen flauw idee hóe dan precies. Hoe dan ook, Gruyaert deed het, en gebruikte trouwens ook Kodachrome, een filmrolletje dat bekend staat om zeer verzadigde kleuren.
Constrastrijke schaduw
Bovenstaand beeld trok me aan; ik houd van eenzame figuren op foto’s. Ik stoorde me wel een beetje aan dat bijna zwarte vlak linksonder. Want dat wás er simpelweg niet, dat heeft Gruyaert zelf zo gemaakt. De megalomane schaduw zou namelijk van een kaarsrechte wolk moeten komen, en die is er niet. Bovendien loopt de ‘schaduw’ in een rechte lijn door op het gebouw. En dat kan niet.
[ Naschrift: ik werd na publicatie van dit artikel door een lezer er vriendelijk op gewezen dat die schaduw wel degelijk aanwezig was. Die lezer kon het weten, want hij was er geweest. Ik niet. Een klein beetje genânt is het wel, voor iemand die zelf altijd verkondigt dat een foto de waarheid liegt. En je dus alleen écht kunt weten hoe iets was, als je er zelf bij was… ]
Nog mooier vond ik het beeld hieronder:
Herken je eigen voorkeuren
Het zijn steevast dit soort beelden en sferen waarop mijn blik blijft hangen. Dat weet ik omdat ik een mapje heb verzameld met daarin foto’s die ik goed vind. Na een tijdje ga je daar patronen in zien. En die patronen zie je óók weer terug in je eigen foto’s. Zoals onderstaande foto die ik in 2013 maakte in Denemarken. Een vrouw alleen, alweer. In 2016 ging ik terug naar die plek maar het lukte me niet de foto te evenaren.
Mijmergevoel
En niet alleen in mijn fotokeuze zie je mijn voorkeur voor melancholische vergezichten. Jaren terug kocht ik een tekening van Isabel Seliger. Het is een beeld dat mij nog altijd niet verveelt:
Een vrouw kijkt naar een landschappelijk vergezicht. De lucht is pikzwart, het landschap helderwit. Naast haar staat een hond. Een simpel beeld wat bij mij meteen een prettig soort melancholie aanwakkert.
Zelf maakte ik ook eens beeld met een vrouw en hond. Alleen is die foto (zie hieronder) de inverse van bovenstaande tekening. Er is bepaald geen uitgestrekte ruimte voor de neus van de vrouw. Erg sereen is ze ook niet. En de hond wil weg.
Wat zegt dit over mij?
Wat zegt deze beeldvoorkeur over mij? Tsja. Er valt natuurlijk weinig feitelijks te bakken hiervan. Ik waag me derhalve niet graag aan verklaringen die nimmer gecheckt kunnen worden. Wél fascinerend vind ik het dat mijn zus en ik bijzonder vaak dezelfde foto’s mooi vinden. Maar dat zegt nog steeds niets over of dit nu een aangeboren voorkeur is (door de genen die we delen) of dat hier sprake was van omgevingsinvloeden (we hebben deels dezelfde jeugd gehad). Er valt, kortom, een hoop over te mijmeren.
En in mijn geval dus bij voorkeur bij een lekker melancholische foto, zoals die van Gruyaert hieronder. Ook de tentoonstelling in Antwerpen bezoeken? Die is nog te zien tot 10 juni 2018!