Ik maakte 30 dagen lang iedere dag een foto. Er waren geen restricties; alles mocht. Zolang ik maar tenminste één foto opleverde per dag. De eerste 15 deelde ik al eerder op dit blog. Hierbij het tweede deel, inclusief enige tekst en uitleg.
Voor wie deel 1 van de de 30 dagen heeft gemist, die kun je hier bekijken.
Allereerst: print je foto’s
De pest van deze tijd is dat foto’s geen dingen meer zijn. Het zijn bestanden, in je telefoon, je computer, je laptop. Maar bestanden kun je niet vasthouden en verkreukelen. Tien foto’s op een tafel, daar kun je mee spelen. Daarom: print ze en hang ze op. Pas dan ga je écht kijken. Lees hier meer over het nut van je foto’s printen.
Enfin, ik heb dus ook mijn foto’s geprint en opgehangen. Op die manier koos ik telkens één foto uit per dag. Soms na lang wikken en wegen. Soms al direct.
Visueel dagboek
Pas nadat ik alle foto’s geprint aan de muur had hangen, besefte ik dat ik een visueel dagboek had gemaakt; iedere foto bracht het gevoel van die betreffende dag weer terug.
Spelen met beeldrijm
Zoals ik in mijn eerste artikel hierover schreef, zorgde deze (zelfopgelegde) opdracht ervoor dat mijn blik weer ‘aan’ staat. En zo viel me ineens de beeldrijm op in de foto hierboven. Het zijn schetsen, vingeroefeningen die je hersens trainen om straks – een split second – het gewenste beeld te kunnen maken op een moment dat het ertoe doet.
Kant noch wal
Bovenstaande foto bleek een (onbewust) uitstapje naar een fotoserie die ik maakte van het Noordereiland in 2016. Ik richtte me enkel op alles wat er te zien was tussen kant en wal. En zo’n serie kan natuurlijk maar één titel hebben: kant noch wal.
Wat dit is
Je vraagt je wellicht af wat dit is. Welnu, het is de reflectie van LED-licht op asfalt. Dat LED-licht komt onder een veel te dure BMW vandaan. Fotografisch gezien een zeer nuttige feature.
Portretfoto’s van dieren
Ik denk dat ik een beetje geïnspireerd was door Jimmy Reid, de fotograaf die ‘portretfoto’s‘ maakt van dieren. Maar het is aan mij niet besteed. Met onverholen afgrijzen legde ik dit (vast best vriendelijke) diertje vast. Hij ging er eens goed voor zitten. Desalniettemin maakte ik er een haastklus van en spoedde snel heen.
Eenzaam op ‘t dak
Een mooi beeld, wat ik toevallig in het voorbijgaan zag. Gewoon vanuit mijn raam. Man op ‘t dak, wachtend naast zijn statief. Omsloten door grote kantoorkolossen.
Wasstraat
Bijkomend voordeel van iedere dag een foto maken, is dat mijn camera standaard naast me in de auto lag. En zo kwam het dat ik verveeld voor me uitstaarde tijdens een idioot lange wasstraat en pardoes mijn camera zag liggen. Ha! Ineens bleek de wasstraat veel te kort voor wat ik allemaal wilde uitproberen.
Spiegeling
Tsja en soms zie je jezelf twee keer en denk je ‘ja, das nou eens leuk, als er twee van mij waren!’ De foto deed mij denken aan het gedichtje van (vermoedelijk) Godfried Bomans:
Ik zit mij voor het vensterglas
onnoemlijk te vervelen.
Ik wou dat ik twee hondjes was,
dan kon ik samen spelen.
De waarheid gebiedt trouwens te zeggen dat ik die dag nauwelijks tijd had en ik derhalve vlak voor het slapengaan bedacht dat ik nog een foto moest maken. Dit soort beperkingen dwingen mij om goed te kijken naar mijn directe omgeving (maar de meeste mensen kiezen ervoor om hun directe omgeving als excuus te gebruiken om ver te moeten reizen. Want dáár kun je wél mooi fotograferen…).
En nu?
En nu, nu ga ik weer verder. Mijn blik staat weer aan, en mijn camera blijf ik gewoon meenemen overal naartoe. Want als je ergens beter in wilt worden, moet je vooral veel oefenen en doen.