Gedurende de dag gaat het meeste van wat ik zie, ongemerkt langs mij heen. Dat moet ook, want zonder selectie kom je tot niks. Net als fotograaf trouwens. De kunst is om je bewust te zijn van wat je wel, en wat je niet ziet. Dan kun je je hersens af en toe een beetje bijsturen.
Je ziet vooral wat je weet, wat je kent, waar je naar op zoek bent en wat nuttig is voor je overleving. Al het andere beschouwen je hersens als irrelevant. Zo besteed je waarschijnlijk geen aandacht aan het type straatmeubilair om je heen, wat voor type klimop er tegen de muur groeit of welke kleding een andere wandelaar draagt.
Die zaken merk je alleen op als iets afwijkt van hetgeen je verwacht. Of als je een enorme klimopliefhebber bent.
Een lettertype liefhebber
Vanochtend keek ik een aflevering van de Netflix-serie Abstract: The art of design. Het ging over iemand die lettertypes ontwerpt. Deze man ziet derhalve overal lettertypes om zich heen. Iets dat mij zelden opvalt.
Deze aflevering deed me denken aan het boek Anders Kijken, waarin de auteur steeds hetzelfde blokje om loopt, maar telkens met iemand anders. Dezelfde wandeling wordt heel anders ervaren door een architect, een blinde, een kind of een bioloog.
Enfin, vandaag zie ik dus ook ineens overal lettertypes. Omdat mijn hersens daar nu vatbaar voor zijn. Dat effect dooft vanzelf weer uit. Want ik heb verder niet zoveel met lettertypes (behalve toen ik voor dit blog op zoek ging naar een passend lettertype).
Maar sommige dingen zitten hard-wired in mijn blik. Dat is zo gegroeid, denk ik.
Waar ik graag foto’s van maak
Tijdens mijn dagelijkse wandeling neem ik mijn camera mee. Zonder vooropgezet plan, ik fotografeer gewoon dat wat me opvalt. En steevast zijn dat dezelfde soort beelden:
Ze zitten vol leegte, wat extra wordt benadrukt door de aanwezigheid van slechts een enkeling.
Die thematiek was al aanwezig in mijn foto’s vóór COVID-19. Ik zoek kennelijk beelden die een lekker soort eenzaamheid uitstralen.
Het is trouwens een zelfversterkend effect. Want ik maak heus wel eens andere foto’s, maar die selecteer ik nooit bij thuiskomst. Omdat ik ze niet mooi vind. Ik heb mijn blik dus gekalibreerd op een fotografische stijl die ik probeer te vinden wanneer ik fotografeer, en daarna wanneer ik mijn foto’s ga bewerken.
Wat Maarten Rots ziet
Maar iemand anders ziet weer heel andere dingen.
Neem nou fotograaf Maarten Rots.
Hij ziet overal vormen, kleuren, textuur en schaduw. De context doet er niet toe, sterker nog, er ís helemaal geen context in zijn beelden:
Hij fotografeert al jaren in deze stijl, waarbij hij verschillende kanten op meandert en en passant diverse subcategorieën ontdekt (check zijn website en ontdek ze zelf). Regelmatig fotografeerde hij op locaties buiten Nederland.
Maar sinds COVID-19 maakt hij deze gewoon thuis:
Hij traint zijn blik nu door juist níet op pad te gaan, maar door in een bekende omgeving te zoeken naar situaties die passen bij zijn beeldtaal.
Wat Maarten ziet, zie ik bijna nooit. Ik zie heel veel niet, behalve wat ik wil zien, wat ik verwacht te zien: mensen die worden opgeslorpt door een landschap of een omgeving vol kantoorkolossen. De rest bestaat gewoonweg niet.
En daar ben ik blij mee, want:
“Expectation is the lost cousin of attention: both serve to reduce what we need to process of the world out there.”
~ Uit het boek On Looking
Kortom, het is dus juist góed dat ik niet zoveel zie. Ik zit genoegzaam in mijn fotografische bubbel. Want juist doordat ik een duidelijke richting heb, kan ik me verder specialiseren. Dat dat niet saai hoeft te worden, bewijst Maarten Rots. Hij weet op een paar vierkante centimeter een volstrekt nieuwe wereld te scheppen.
Heb je nog niet zo’n duidelijk beeld van je fotografische stijl maar wil je dat wel graag? Ga dan eens deze oefening doen. Kost niks, behalve tijd.
En wil je liever direct een concrete tip om meer waar te nemen in je omgeving: start met van rechts naar links te kijken.