De mens geeft graag zijn omgeving vorm. We bouwen, we slopen en bouwen weer. Met dat gegeven gaat Marjan Teeuwen aan de haal: panden die binnenkort worden gesloopt, zijn haar startpunt. Onder haar leiding gaat een team kunstenaars aan de haal met sloopafval, plafonds en nieuwe doorgangen. Ze schept orde in een chaos en fotografeert het resultaat. Daarna wordt alles gesloopt.
Ik zag het werk van Marjan Teeuwen voor het eerst op fotografiefestival Rencontres de la Photographie in Arles, Frankrijk. Maar op dat moment maakte het weinig indruk. Het stond niet eens in mijn ‘dit moet je zien’ lijstje dat ik deelde in dit artikel. Drie jaar later scroll ik door mijn beelden van 2019 en bleef ik hangen op het beeld bovenaan dit artikel.
Hoe kon ik haar werk zijn vergeten?
Ik denk omdat ik toen minder interesse had in onze gebouwde omgeving. Die kwam een half jaar later echt goed los. Toen volgde ik een workshop bij Ed Kashi – een fotograaf die grappig genoeg niks van doen heeft met stedelijk landschap. En dus kijk ik nu met andere ogen naar het werk van Teeuwen.
Volhardend nutteloos zijn
De combinatie van volharding (ze werkt maandenlang in één pand) en nutteloosheid (vlak na het maken van de foto’s, wordt alles afgebroken), vind ik fascinerend. Het zegt iets over onze menselijke aard. Het willen ordenen, mooi maken, afbreken, opnieuw beginnen. Een perpetuum mobile waar iedere generatie in rondjes in draait.
Kortom: voor mij zijn dit mijmerbeelden, ze zetten aan tot reflectie op wie we zijn. Of willen zijn.
Kijk zelf maar.
Voor wie meer wil weten over Teeuwen en haar werk, bekijk onderstaande aflevering van Hollandse Meesters.
Teeuwen heeft trouwens ook een boek gemaakt van haar project Destroyed House. Voor de liefhebber: hier kun je het kopen.