Ik jureer soms een fotowedstrijd, wat ik best lastig vind. Want met een ander jurylid heb je een andere uitslag. Zelf doe ik nooit mee aan wedstrijden, hieronder lees je waarom. En drie vragen die je jezelf kunt stellen. Plus een suggestie voor een alternatief.
Als jury probeer ik natuurlijk objectief te zijn, en dus leg ik alle foto’s langs dezelfde meetlat. Maar die is nooit zo objectief als de uitslag van een voetbalwedstrijd. Mijn oplossing: in plaats van een fotowedstrijd, maak ik er een fotobespreking van. Want daarin zit de echte waarde van de avond, ook voor de deelnemers die niet winnen.
Maargoed, zo werkt het niet bij een grote fotowedstrijd. Goed om te weten: bij veel wedstrijden ben jij het het verdienmodel. Wees scherp zodra insturen geld kost. En dus is mijn eerste vraag:
1. Wil je betalen voor deelname aan een fotowedstrijd?
Niks mis met betalen als je er wat voor terugkrijgt. Maar de kans dat je wint is meestal klein. Wil jij het verdienmodel zijn van een fotowedstrijd?
Het insturen van 1 foto voor een wedstrijd bij LifeFramer kost 20 dollar.
2. Wat gebeurt er met jouw beeldrechten?
Bij een gratis fotowedstrijd moet je óók opletten. Het kan zomaar zijn dat een VVV de fotowedstrijd gebruikt om gratis aan goed beeldmateriaal te komen. En die vervolgens gebruikt in haar brochures, zonder naamsvermelding.
Een voorbeeld: bij de Sony World Photography Awards mogen ze de winnende beelden tot in de eeuwigheid gebruiken, zonder enige vorm van vergoeding:
En als ze vergeten om je naam erbij te vermelden, dan wordt het lastig om ze daarop aan te spreken:
3. Wat het is bereik van de wedstrijd?
Sommige fotowedstrijden zijn vooral bekend onder fotografen. Zo blijkt uit mijn (zeer kleine) empirisch onderzoek dat niemand van mijn non-fotografenvrienden de websites LensCulture of LifeFramer kennen. Deelname aan hun wedstrijden heeft geen zin als ik op zoek ben naar een breed publiek.
Mijn advies: doe niet mee. Maar wat dan wel?
Ik heb nog nooit meegedaan aan een betaalde of gratis fotowedstrijd. Wie écht wil winnen, moet een sport gaan doen. Maar: meedoen aan het wedstrijd kan je helpen om je werk de wereld in te krijgen.
Als dat je doel is, dan kun je beter een portfolio review doen. Soms kost dat geld, bijvoorbeeld 40 euro in Arles, of 17,50 bij Photo31.
Maar dat vind ik logisch. Want tijdens zo’n review bespreek je 1-op-1 jouw werk met iemand die er verstand van heeft. Dit zijn bijvoorbeeld docenten, curatoren of fotografen die bekwaam zijn in het feedback geven op jouw werk. In zo’n kwartier leer je meer dan bij het inzenden van één foto.
Heel soms is een portfolio review trouwens gratis, zoals bij Fotografencafé Kasteel Woerden.
Samengevat: zoek feedback in plaats van de eerste plaats in een wedstrijd. Fotografie is namelijk een wedstrijd met jezelf: probeer betere foto’s te maken dan een maand geleden, en zoek feedback die je daarbij gaat helpen.