Mijn lievelingsknuffel was een alpenmarmot. Het was een raar beest, maar hij liet zich gewillig knuffelen. Hij ligt nog steeds in een verhuisdoos met spullen van vroeger. Maar na het bekijken van de serie van Katja Kemnitz voel ik me schuldig daarover.
Het hebben van een knuffel is een typisch Westers fenomeen. In landen waar een kind in één bed met de ouders slaapt (zoals in Japan) komt het niet of nauwelijks voor. Men vermoed daarom dat het dier (of een doekje of een duim) wordt ingezet als troost wanneer de ouders niet aanwezig zijn.
Enfin, ik sliep net als bijna alle Westerse kinderen alleen en hechtte me dus mede aan mijn alpenmarmot met zelfverzonnen naam. Die deel ik hier om privacyredenen (van de marmot) niet. En omdat het een belachelijke naam was. Hoe dan ook, binnen afzienbare tijd zag mijn marmot er net zo uit als de knuffels in de foto’s van Kemnitz. Rechts zie je het doodgeknuffelde beestje, links een onaangetast exemplaar:
Verloren knuffels
Ik beland altijd in een rabbit hole bij het schrijven voor dit blog. Dit keer verloor ik mezelf op de website Waar is mijn knuffel: een klein en sympathiek initiatief om verloren knuffels weer terug te brengen bij de rechtmatige eigenaar. Neem nou dit aangedane leeuwtje:
Van de galerij kreeg ik bijna tranen in mijn ogen. Telkens een knuffel naast een plant. Zodat je weet hoe groot het gevonden voorwerpje ongeveer is.
Ik ga mijn alpenmarmot misschien toch maar uit de verhuisdoos halen 🙂
Voor wie meer inspiratie wil om zelf alledaagse objecten te fotograferen, denk eens aan pannenkoeken of alle spullen in het huis van je ouders.